spreken

荷兰语

词源

源自中古荷兰语 sprēken，源自古荷兰语 sprecan，源自原始日耳曼语 *sprekaną。

发音

• 国际音标^(帮助)：/ˈspreːkə(n)/

• 音频

  （文档）

• 断字：spre‧ken
• 韵部：-eːkən

动词

spreken

1. (及物或不及物) 说，讲

变位

spreken的变位形式 (强变化，第4类)
不定式	spreken
过去式单数	sprak
过去分词	gesproken
不定式	spreken
动名词	spreken n
	现在式	过去式
第一人称单数	spreek	sprak
第二人称单数（jij）	spreekt	sprak
第二人称单数（u）	spreekt	sprak
第二人称单数（gij）	spreekt	spraakt
第三人称单数	spreekt	sprak
复数	spreken	spraken
虚拟式单数1	spreke	sprake
虚拟式复数1	spreken	spraken
命令式单数	spreek
命令式复数1	spreekt
分词	sprekend	gesproken
1)古体。

近义词

• praten

派生词

• aanspreken
• afspreken
• bespreken
• gesprek
• inspreken
• spreekrecht
• spreekstalmeester
• spreektaal
• tegenspreken
• toespreken
• uitspreken
• vanzelfsprekend
• verspreken
• vrijspreken

相关词汇

• spraak
• spreuk

派生语汇

• 南非语: spreek
• 泽西荷兰语: sprêke
• Negerhollands: spreek

低地德语

词源

源自古撒克逊语 sprekan。与荷兰语 spreken、德语 sprechen、西弗里斯兰语 sprekke、英语 speak同源。

动词

spreken (单数过去式 sprook, 过去分词 spraken, 助动词 hebben)

1. 说

变位

spreken（4类强变化动词）之变位表

不定式	spreken
陈述语气	现在时	过去时
第一人称单数	spreek	sprook
第二人称单数	spricks(t)	sprooks(t)
第三人称单数	sprick(t)	sprook
复数	spreekt, spreeken	sproken
祈使语气	现在时	—
单数	spreek
复数	spreekt
分词	现在时	过去时
	spreken	(e)spraken, gespraken
说明：该变位是多种可能变位中的一种，其语法和拼写并不适用于所有方言。

近义词

• snacken

中古荷兰语

词源

源自古荷兰语 sprecan，源自原始西日耳曼语 *sprekan。

动词

sprēken

1. 说
2. 谈

变位

本动词需要添加变位表模板。

派生词

• besprēken

派生语汇

• 荷兰语: spreken
• 林堡语: spraeke

拓展阅读

• “spreken (II)”, Vroegmiddelnederlands Woordenboek[早期中古荷兰语词典], 2000
• Verwijs, E.; Verdam, J. (1885–1929), “spreken (I)”, Middelnederlandsch Woordenboek, The Hague: Martinus Nijhoff, ISBN 2859100695, 页I