分类:荷兰语弱变化动词
分类 » 所有语言 » 荷兰语 » 词元 » 动词 » 依屈折分类的动词 » 弱变化动词
荷兰语中，在过去时变位形式中带有齿音后缀的动词。
| Top – A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z |
分类“荷兰语弱变化动词”中的页面
以下200个页面属于本分类，共788个页面。
（上一页）（下一页）A
- aanaarden
- aanbetalen
- aanbouwen
- aankaarten
- aankakken
- aanzoeten
- aarden
- abdiceren
- abonneren
- aborteren
- absorberen
- accepteren
- achterhalen
- actualiseren
- afbeelden
- afbetalen
- afborstelen
- afbouwen
- afdalen
- afhandelen
- afhouwen
- afkondigen
- afkorten
- afkussen
- afleiden
- afluisteren
- aframmelen
- afranselen
- afrossen
- afscheiden
- afschilderen
- afschrikken
- afslachten
- afstammen
- afstoten
- afstuderen
- aftroeven
- aftuigen
- afvoeren
- afvragen
- afwassen
- afwateren
- afwisselen
- afzakken
- afzonderen
- afzwakken
- alpineskiën
- amputeren
- ankeren
- antwoorden
- appen
- appreciëren
- asemen
- augmenteren
- azen
B
- baggeren
- bakken
- bannen
- barsten
- basketballen
- bazen
- beaarden
- bebouwen
- bebroeden
- bedaren
- bedoelen
- bedreigen
- beduiden
- beëindigen
- beeldhouwen
- begroeten
- begunstigen
- behagen
- behandelen
- beheersen
- beheren
- behoeden
- behoren
- bekakken
- bekeren
- beklagen
- bekleden
- bekommeren
- bekwamen
- belegeren
- beleggen
- belemmeren
- belenen
- beletten
- beleven
- bellen
- beloven
- beluisteren
- bemalen
- bemoeien
- benauwen
- benen
- benijden
- beoefenen
- beogen
- beoordelen
- beperken
- berekenen
- berichten
- beroeren
- berouwen
- beroven
- bersten
- beschermen
- beschikken
- beschilderen
- beschouwen
- beschutten
- beslissen
- bestellen
- bestendigen
- bestieren
- bestuderen
- besturen
- betalen
- betoveren
- betreuren
- betuigen
- beuren
- beveiligen
- beven
- bevlekken
- bevolken
- bevoordelen
- bevredigen
- bevrijden
- bewaken
- bewapenen
- bewaren
- bewerken
- bewerkstelligen
- bewonderen
- bewustmaken
- bezetten
- bezwangeren
- bezweten
- bibberen
- biechten
- bijspijkeren
- bijvullen
- bijwerken
- bikken
- bloeden
- bloeien
- blokkeren
- bogen
- borrelen
- borstelen
- botsen
- bottelen
- bouwen
- boycotten
- braden
- brandschilderen
- breien
- briesen
- broeden
- bronzen
- brouwen
- bruiken
- brullen
- buitelen